Nieuws
TU Delft onderzoekt, welk type duin beschermt ons het beste?
In opdracht van de TU Delft werken waterbouwbedrijven Van den Herik-Sliedrecht en Boskalis aan de realisatie van zo’n 100 meter tijdelijke hybride ‘testduin’ waarin een aantal gecombineerde harde- en zandige kustbeschermingsontwerpen worden nagebootst. Dit indrukwekkende en unieke veldexperiment moet uitwijzen hoe hybride duin constructies eroderen bij storm. Dit gebeurt binnen het onderzoeksprogramma Future FRM Tech onder leiding van Postdoc onderzoeker en Civieltechnisch ingenieur Daan Poppema, met steun van NWO en Rijkswaterstaat.
100 meter ‘testduin’ tussen Monster en Kijkduin
Begin december is het hybride duin, opgebouwd uit 4 verschillende secties, gerealiseerd. Elke sectie van de testduin is zo’n 25 meter lang. De totale duin is over de gehele lengte van 100 meter circa 3 meter hoog. Het experiment vindt plaats op het strand tussen Monster en Kijkduin, waar ook de Zandmotor ligt.
Twee zijn sterker dan één
De Nederlandse kust wordt traditioneel beschermd door zandige duinen en harde dijken. Het gebeurt steeds vaker, zoals in Noordwijk, Katwijk en Groede, dat de bescherming gerealiseerd wordt met hybride duinen, een combinatie van zandige duinen met een harde kustverdediging. Dit biedt de zekerheid van erosiebestendigheid als voordeel van de dijken (harde kustverdediging) en waardevolle natuur en het kunnen meegroeien met de zeespiegelstijging als voordeel van de duinen (zachte kustverdediging). Echter, door de complexe interacties tussen de zandige en harde elementen, verloopt stormafslag anders bij hybride duinen ten opzichte van zandduinen en dit wordt in deze testduin onderzocht.
De beste match
Om te onderzoeken hoe de erosie van het testduin en het voorliggende kustprofiel verloopt bij hybride en reguliere duinen en dijken, worden vier verschillende types getest. Allemaal met de voorkant (zeezijde) en bovenkant op dezelfde locatie, maar met een verschillende opbouw. Om hybride duinconstructies na te bootsen, worden in en op het duin harde elementen geplaatst. We gebruiken hiervoor zeecontainers en een harde dijkhelling van betonnen platen (stelconplaten). Deze vier typen worden tijdens het experiment getest:
1. Zandige duin, volledig opgebouwd uit zand
2. Dijk-in-duin, met de harde dijkhelling onder het zand
3. Dijk, zand met de harde dijkhelling erop
4. Kering-in-duin, een harde kern van containers in het duin
Figuur 1: De 4 typen duin die worden getest. - ©TU-Delft
Het doel van het Hybrid Dune onderzoeksproject is om interacties tussen de zandige en harde elementen beter te begrijpen. Dit helpt om hybride duinen in de toekomst efficiënter, effectiever en veiliger te ontwerpen en om beter te voorspellen hoe deze hybride duinen zich in de tijd gedragen.
Figuur 2: Schematische weergave van de constructies. - ©TU-Delft
Meten in-, op en rond het duin
Gedurende de komende maanden wordt nauwkeurig in de gaten gehouden hoe het testduin zich gedraagt en erodeert door stormen. Hiervoor wordt een breed scala aan meetinstrumenten ingezet, dat de stroming, golfaanval en duinerosie rond de opstelling meet. Aan het eind van het experiment, rond februari-maart, wordt de opstelling weer verwijderd. Daarna begint het uitgebreid analyseren en modeleren van de meetgegevens om te onderzoeken hoe de verschillende delen van de testduin zich hebben gedragen.